Het snijdt als een koude wind door haar heen… Alleen… Maar waarom? Waarom komt er niemand om haar te helpen? Ze kan de eenzaamheid niet langer dragen. In haar kamertje knielt ze neer, daar breekt het verdriet en de spanning los. Ze huilt lang en onbeheerst tot ze uitgeput is en het uitsnikt: “Heere, ziet U dit niet? Ik zal nog sterven van eenzaamheid!”
Het is geen mensenstem die nu in deze ellende tot haar spreekt, maar er is een stem met Goddelijke kracht, die in haar ziel gehoord wordt: “Ik ben met u, al de dagen”…
“Heere!” is haar ontroerde antwoord, “Heere… bent U hier?”
Ze ervaart de nabijheid van haar Koning, die de stormwind stil legt en in haar ziel spreekt: “Ik leef en gij zult leven.”
Na deze stilte neemt ze Gods Woord, en geknield voor de open Bijbel, de handen gevouwen over dit kostbare Boek bij Psalm 118, ruist uit haar ziel het geloofsgetuigenis omhoog: “Heere, ik geloof… ik zal niet sterven maar leven; en ik zal de werken des Heeren vertellen.”
Kerkgeschiedenis
Op zondagavond lees ik een stukje voor uit de kerkgeschiedenis. Op dit moment lezen we het verhaal De vrouw met het Boek door M. A. Mijnders – van Woerden. Het boek hangt nog net niet helemaal uit elkaar en staat in de kast met een elastiek er omheen om verder verval te voorkomen. De bladzijden zijn verkleurd, het verhaal is lang, kent vele wendingen en de taal is wat ouderwets. Maar we genieten van het moment en niet alleen omdat het fijn is om voor te lezen of te luisteren. Het verhaal is indrukwekkend – soms nauwelijks te geloven.
Bid en lees
Als er iets duidelijk wordt uit dit boek en de vele andere verhalen vanuit de kerkgeschiedenis – en dat is waarom ik het hier met jullie deel – is het dat de God van de Kerk niet verandert, Almachtig is en mensen persoonlijk gebruikt om Zijn Koninkrijk te bouwen. Met als rode draad het gebedsleven en lezen van de Bijbel van de hoofdpersonen. Er is al eeuwenlang strijd om de waarheid, al vanaf het paradijs. Maar het Woord bleef tot op de dag van vandaag, omdat het levend is. Door de verhalen worden we opgewekt in de voetsporen van onze vaderen te stappen, biddend en lezend, vastklampend aan God en Zijn Woord.
Wonderwerken
Het lezen van verhalen over Gods hand in de geschiedenis is leerzaam en bemoedigend. En een opdracht. In Psalm 107 staat drie keer: “Laat hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid loven, en Zijn wonderwerken voor de kinderen der mensen;” Wie worden er opgeroepen om de HEERE te loven en te spreken over Zijn wonderwerken? Het zijn de mensen die uit benauwdheid gered zijn. Overstelpte, roepende wederspannigen. Lees de psalm maar. Dat is ook iets van alle eeuwen, vanaf het paradijs. De mens valt, maar God wil en kan uithelpen. We worden niet alleen in Psalm 107, maar op veel andere plekken in de Bijbel opgeroepen om te getuigen naar de kinderen en anderen.
Hebben we stof om te loven en te spreken? Vanuit Gods Woord, over Zijn alledaagse goedheid, maar ook iets persoonlijks? Het kan best moeilijk zijn hier concreet over te spreken, maar het gaat tenslotte niet om wat wij meemaakten, maar om wat God deed. En als de drempel hoog is om te spreken, kunnen we er tijdens onze bezigheden wel over zingen!
Geschiedenis schrijven
Ik vraag me wel eens af – al lezend voor mijn kinderen van zes tot bijna veertien jaar – wat onze geschiedenis is. Wat valt er te schrijven over deze tijd (elke tijd kent zijn strijd) en hoe gaan we daarmee om? We schrijven sowieso geschiedenis. Ons levensverhaal wordt waarschijnlijk nooit opgetekend, maar we schrijven toch door ons doen en laten, spreken en zwijgen. Hoe maak ik mijn keuzes? Wat is het belangrijkste in mijn leven en is er iets te zien van een afhankelijk gebedsleven of Bijbellezen?
Het fragment waar ik mee begon, eindigt met een meisje dat Glady, de hoofdpersoon, onder haar hoede heeft. Ik deel nog even het laatste stukje – omdat het zo mooi en leerzaam is. Het meisje staat te wachten tot ‘moeder Glady’ weer beneden komt. Als dat lang duurt, gaat ze naar de kamer waar ze Glady biddend bij ‘het Boek’ aantreft.
‘”Hebt u met uw God gesproken?” vraagt ze kinderlijk.
“De Heere heeft tegen mij gesproken. Hij heeft vriendelijke woorden tegen mij gezegd, Hij was bij mij.”
“Kunt u nu weer zingen?” vraagt het meisje.
“Ja, vanavond bij de ‘kang’”
TIPS?
Om elkaar te inspireren kunnen jullie onder dit bericht delen welke boeken aan te raden zijn om voor te lezen voor jong en oud. We horen het graag!
Vroeger las ik de kerkgeschiedenis van Vreugdenhil, al voorlezend sloeg ik stukjes over en gebruikte ook wel “eigen (huidige?)taal.
Deze serie vind ik heel mooi: Vertellingen bij de Kerkgeschiedenis, van A. Vogelaar- van Amersfoort.