
Kasten met halflege planken…
Een smetteloos aanrecht…
Een opbergsysteem met 10 prachtig gelabelde identieke boxen…
Een lege woonkamervloer…
Het zijn foto’s waar ik jaloers op ben. Waar ik onrustig van wordt en waardoor ik meteen wil opspringen en met een vuilniszak door het huis wil gaan rennen.
Want nu de realiteit…
Wie op dit moment ons huis binnenstapt, struikelt over schoenen in de gang. Vraagt zich af waarom er een tasje met een ovenschaal bij de voordeur staat. (Nou, die had 3 maanden geleden al terug gegeven moeten worden aan iemand die voor me gekookt had). En als je vervolgens in de woonkamer aankomt, zie je in elke hoek speelgoed. Op dit moment is er héél véél duplo en Little People. En nee, dat gaat bijna nooit terug de kast in. Omdat er eigenlijk elke dag wel mee gespeeld wordt. Ik zal je de details over de rest van het huis besparen. In dit gezin zijn er véél spullen.
Bijzondere gave of ballast?
Dat is natuurlijk in de eerste plaats om heel erg dankbaar voor te zijn. We komen echt niets tekort. En met elke verjaardag of andere feestelijke gelegenheid kunnen we elkaar er weer iets bij geven. Ik besef dat dat ten opzichte van de armoede van heel veel andere mensen op deze aarde een enorm voorrecht is. Dat duizenden mensen jaloers zouden zijn op al onze bezittingen, als ze hier eens zouden rondkijken.
Toch voelt het soms ook als ballast. Al die spullen. Het is bijna niet bij te houden. Als er even wordt gespeeld is het gelijk zó’n bende. En wil ik de zolder opruimen, kom ik tot de conclusie dat alle kasten eigenlijk vol zijn. Er kan gewoon niets meer bij.
Ik las een inspirerend boek…
Het gaat over minimaliseren: ‘Op orde’ van Gera van den Berg. Ik voel me meteen enorm geïnspireerd. Al lezend bespringt dat onrustige gevoel me, dat aan de slag wil, ruimte wil maken in mijn huis en in mijn hoofd. Want ja, opruimen heeft ook op mijn psyche een positief effect. Het is in ons huis heel vaak rommelig. Ik ben niet het type dat eerst alles netjes moet hebben voor ze ‘s avonds iets anders kan gaan doen. Maar een opgeruimd huis geeft me zeker óók een opgeruimd hoofd.
Het huis voelt soms als een overbevolkte weg (file), of een vernauwd bloedvat (atherosclerose). Ruimte maken zou lucht geven.
Minimaliseren is de oplossing.
Althans, volgens de auteur van het boek dat ik las. Niet een nieuwe kast of een mooi opbergsysteem geeft ruimte. Want je huis blijft even groot. Dus moet je streven naar minder spullen. En ik geloof haar helemaal. Want als je minder spullen hébt, dan heb je minder op te ruimen. En als je minder voorwerpen in huis hebt liggen, wordt het minder snel een rommel. Héérlijk lijkt me dat!
Ik heb dat ook gemerkt in die spaarzame periodes in mijn volwassen leven dat ons huis wat beter georganiseerd was. Ik denk dat dat alleen tijdens zwangerschappen gebeurde. Als ik wist dat er binnen afzienbare tijd een kraamverzorgende in huis zou rond lopen en kasten zou opendoen. De gedachte aan een stortvloed van plastic bakjes over het hoofd van een nietsvermoedende zorgverlener bij het openen van een keukenkastje, was voldoende om mij aan het werk te krijgen. En misschien ontstond zo’n periode één keer tussendoor. Toen ik het boek ‘Opgeruimd’ van Marie Kondo gelezen had. Want wat kreeg ik daarvan zin in opruimen zeg!
Dozen vol spullen verlieten het huis.
Ik pakte het professioneel à la Konmari aan. Ik zette de shirts en sokken voortaan verticaal opgevouwen in mandjes in de kast. Legde alle spullen die ik van een bepaalde categorie in huis had op een hoop in de woonkamer en vroeg me bij elk exemplaar af: ‘beleef ik er vreugde aan’? Natuurlijk verklaarde manlief me voor gek, maar ook hij moest er aan geloven toe de categorie ‘electronica’ aan de beurt was. En wat ruimde dat lekker op! Ik merkte dat er meer ruimte en overzicht ontstond en was echt enthousiast.
Maar zoals het meestal met alle goede ideeën gaat, raakte het ‘Konmari’en’ vanzelf in het slop. En ook van de laatste opruimronde afgelopen zomen tijdens mijn zwangerschap is niet veel meer te merken hier in huis. Het lijkt volkomen dichtgeslibd.
Nu kijk ik vertwijfeld rond.
Als ik al voldoende tijd, moed en energie zou kunnen verzamelen, waar zou ik dan moeten beginnen? ‘Begin klein’, zegt Gera van den Berg. ‘Bijvoorbeeld bij de rommella in de keuken’. Ik moet er niet aan denken. Al die prulletjes met onduidelijke herkomst die geen van allen zomaar weggegooid kunnen worden. Het lijkt me een onoverkomelijk project met een onduidelijk resultaat. Eerst maar eens een doel. Een stip op de horizon helpt mij altijd enorm om in beweging te komen en te blijven.
Het afgelopen jaar was ik diep onder de indruk van Teunie Luijk, van Eenvoudig Leven. Zij werkte in een jaar tijd (samen met haar grote dochter, dat dan weer wel) 100 zakken en dozen het huis uit! Bij het vaststellen van mijn doelen voor dit jaar, besloot ik dat 25 zakken of dozen voor mij toch haalbaar moest zijn. Zo’n twee per maand, dat klinkt acceptabel.
De eerste vijf: dat ging nog wel
‘Ik zag je ogenschijnlijk zeer tevreden iets in de kledingcontainer droppen’, appte mijn vriendin me gisteren. Ik had niet gemerkt dat ik gespot was, maar ik voelde me inderdaad best heel voldaan, dat ik de eerste 5 (vijf!) dozen en zakken kon wegbrengen naar kledingcontainer, kringloopwinkel, en restafval. Want ik begon niet met de keukenla, maar met die uitpuilende kast op zolder. Van de weeromstuit was de rést van het huis natuurlijk een bende, maar hé, die ene kast heeft nu zomaar vrije ruimte op de planken.
Het voordeel van die kast was, dat het voornamelijk mijn eigen spullen waren die daar lagen. Restanten van vele hobby’s van weleer, kleding en schoenen die ik allang had weggelegd maar nooit had weggebracht, dat soort dingen. Het grote probleem in de rest van ons huis, is dat het grootste deel van de spullen niet van mij persoonlijk zijn. In welke kamer in huis ik ook kom, overal ligt namelijk speelgoed. En waar Gera goede ideeën heeft over speelgoed (betrek je kinderen bij het opruimen en laat ze kiezen wat ze willen houden), werkt dat bij onze kinderen nu helemáál niet.
Want hé, zien ze daar nu een voddig varkensknuffeltje wat ze ooit eens gratis bij een fles wasmiddel hebben gekregen en waar na dag 2 nooit meer naar werd omgezien? Dan wordt het bij het herontdekken ineens vurig gekoesterd. En zo gaat dat bij álles. Playmobil, strijkkralen, knutselwerkjes van drie jaar oud, één van de vijfenvijftig knuffels, zelfgeregen armbandjes, losse kralen van gesneuvelde zelfgeregen armbandjes, een opwindbaar ei afkomstig uit een Happy Meal, trommeltjes en bakjes vol met onduidelijke rommeldingetjes, puzzels, loomelastiekjes, poppenspullen, poppenspullen, poppenspullen… Werkelijk álles is belangrijk en mag niet weg.
Dus is hier een moeder met een goede tip over het ‘minimaliseren’ (of ‘minderen’, daar zou ik ook al heel blij mee zijn) van speelgoed? Dan houd ik me van harte aanbevolen!
Foto: Mirjam van der Wart
het beste werkt hier tegenwoordig de drie opruimrondjes per dag die je elders zelf introduceerde om rommel te beheersen; in het verlengde daarvan ben ik idd in het klein aan het denken; ruimte voor ruimte aanpakken, beter iets goed dan overal voor 10% iets doen… en dat vooral niet te vaak; na elke vakantie een wat grotere opruimslag maken zorgt dat je niet te vaak moet opruimen van jezelf, en heerlijk van je kinderen kunt genieten in de vakantie, evenals van kindjes die jouw kinderen meebrengen. wat mij ook helpt is de gedachte die mijn oma me doorgaf: het huis dient mij, ik niet het huis. Je mag er dus wonen, leven en je prettig voelen. dat zal voor iedereen anders zijn…
Wat schrijf je heerlijk en herkenbaar! Hoer in huis zijn 4 tieners en een baby. Dus nu niet zoveel speelgoed. Maar wel veel andere spullen. Het is bij mij ook hollen of stilstaan met opruimen.
*hier* moet het zijn natuurlijk…
Ik maak vd schoolwerkjes, als ze van het prikbord afgaan, een foto en die komt in hun jaaralbum. Scheelt heel veel “archief” in dozen.
De kinderen maken zelf een ” grove” selectie. Wat wil ik houden en waar maken we anderen blij mee?
We ruilen ook geregeld in de buurt met speelgoed; als je weet dat er een ziek kindje in de buurt is; is het zo leuk als er andere spelletjes of voorleesboeken zijn.
De afgelopen weken zijn er heel wat tassen en dozen naar de kringloop gegaan.
Iedereen in huis heeft de smaak te pakken ..
O wat herkenbaar, haha. Tenminste, dat was het. Ook ik las Marie Kondo met als gevolg dat er 50 dozen en zakken de deur uitgingen. Heel fijn, alleen gooi je in je opruimwoede altijd meer weg dan je achteraf had gewenst. Dus KonMariproof is het huis niet gebleven, alleen de was! Die vouw ik nu al een paar jaar vertikaal op en dat vind ik nog steeds heel handig.
Verder is al het speelgoed (wat overgebleven was 😉 ) naar boven verbannen, naar hun eigen slaapkamer en mogen ze er best beneden mee spelen maar daarna gaat het weer rechtsomkeert. Terug naar boven bedoel ik dan.
Nog een tip misschien: ik ruim beslist niet meer op met de kinderen in mijn nabij
heid want dan kan er inderdaad niets weg. Nee, ze weten, eens per week, op een vaste dag komt ma naar boven met grof geschut (stofzuiger, vuilniszak, emmer ed) en als er dan van alles rondslingert terwijl het opgeruimd had moeten zijn (dat is nu eenmaal voor die dag de afspraak, gaat het zonder mankeren in de zak als zij op school zijn. En in de kliko. Dat werkt.
Poe, dat is best streng! Maar ik kan me voorstellen dat het werkt als de kinderen eenmaal weten dat ze hun spullen echt kwijt zijn als ze niet opruimen. Wie weet probeer ik dat ook nog eens 🙂
Je kunt het ook even achterhouden voor het geval ze er opeens naar vragen! 😉
Dat heb ik ook gedaan. Vuilniszak i de de kamer achter de deur. Alles wat ik van manlief en dochter vond ‘s avonds ging in de zak. Wat vrijdags niet uit de zak verdwenen was ging weg. Ging super, nu ruimen ze het meestal vanzelf op.
Herkenbaar. Wij wonen klein, dus daardoor extra kritisch wat binnenkomt. Waardoor ik niet mee doe aan gratis knuffels sparen acties etc. Hier werkt ook het principe mbt dozen speelgoed die afgewisseld worden tussen woonkamer en zolder. Kinderen nemen enorm veel spullen en speelgoed mee een huis in, ook kleine prullen die dan op de slaapkamer belanden. Ze laten delen met kinderen die weinig hebben (schoendoosactie etc) wil hier ook nog weleens helpen.
Wat mij het meest helpt is met een ander het huis door, man of een vriendin. De ander houdt mij gemotiveerd en zorgt er voor dat ik snel knopen doorhak ipv twijfel: wel/niet weggooien.
Ooit wil ik samen met een vriendin afspreken dat we eens per 2 weken haar huis en eens per 2 weken mijn huis samen schoonmaken. Daar lenen onze gezinssamenstellingen zich nu nog niet voor. Samen schoonmaken/opruimen is veel gezelliger en gaat veel sneller
Heel herkenbaar! Inderdaad werkt het goed om samen te werken aan opruimen. Als een vriendin mij helpt met opruimen kijk ik ook met andere ogen: wat doen die spullen daar nu eigenlijk bovenop de kast? Terwijl ik er zelf al aan gewend was dat ze er lagen 🙂
Oh ja, tips voor het opruimen van speelgoed:
Ik ben dol op sorteren. En dan lekker overzichtelijk in bakken. Liefst met een afbeelding zodat de kinderen weten wat erin zit. Ik doe dat overal en met alles. Beneden en op hun kamers. Verder staat er op zolder een kast met 20 bakken. Af en toe een bak wisselen werkt goed.
Ik merk dat de kids beter opruimen als ze overzicht hebben en als ze niet teveel hebben.
Wat ook goed werkt is ze betrekken bij het opruimen. Vooral uitleggen en laten zien. Want jouw systeem is niet gelijk ook die van hen.
Toen ik dat eenmaal door had scheelde het een hoop frustraties.
En hier wordt zeker regelmatig iets weg gedaan als de oudsten op school zijn en het dus niet zien. En verder doen we ook samen dingen weg. Voor de ‘arme kinderen’. Maar ook tekeningen doen we samen weg. Eerst even bewaren en ophangen. Dan beslissen welke weg kunnen. Ze hebben allemaal een lijntje hangen in hun kamers waar ze zelf ook werkjes aan kunnen hangen. Heb ik niet alles beneden en het staat gezellig. En ook: vol is vol dus doen ze automatisch wat weg als er weer nieuwe werkjes bij komen.
Verder maak ik een plakboek per schooljaar waarin de mooiste (school en thuis) werkjes worden geplakt. Leuk om in te bladeren.
Maar ook met al die opbergsystemen is het hier regelmatig een rommeltje. Soms is er geen tijd, geen zin of geen energie.
Succes!
Hoi Yvonne,
Dank voor je reactie! Ik ben ook wel dol op sorteren, maar voor de (jongere) kinderen is dat niet altijd makkelijk, met als gevolg dat ik het zelf steeds moet opruimen. Dus het is wel een beetje afhankelijk van de leeftijd van het kind of dat werkt. Bedankt voor al je ideeën!
Mega herkenbaar. Elise ik heb veel aan je eerder gepubliceerde huishoudschema. Zorgt voor dagelijkse opruimrondjes die het enigszins netjes houden.
Wegdoen zonder kinderen, speelgoed categoriseren en wisselen van speelgoed sluit ik me bij aan. Met als toevoeging: maak gebruik van de speelotheek indien voor handen! Ideaal, in ons geval scheelt dat ook spelletjes, puzzels, loopkatten en noem maar op. Want uitgespeeld? Hup omruilen. Ik koop zelf vrijwel geen speelgoed.
En daarbij heb ik de ‘regel’ dat ik het liefst kwaliteit koop (dus geen Action maar Playmobil).
Ten slotte, in het boek ‘Elke dag nieuw’ gaat het over spijt. Dat wil ik dus later niet hebben over deze fase! Als het huis straks stil is, kids uit huis, alles keurig… Leve het leven, ja mét een bende af en toe 🙂
Hoi!
De Speelotheek is helaas niets voor mij, omdat ik dan werkelijk altijd te laat was met terugbrengen (oeps!)
Wat betreft kwaliteit: helemaal mee eens! Een enkele keer kopen de kinderen zelf wel eens iets goedkoops, maar je merkt altijd dat er maar even mee gespeeld wordt.
En wat spijt betreft… inderdaad. Dit zijn zeker geen hoofdzaken.
Dat huishoudschema ga ik weer eens tevoorschijn halen, want dat is al een tijdje uit beeld. Dank voor de herinnering!
Groetjes!
Hoe herkenbaar. Toen ik nog alleen woonde kon ik het allemaal nog wel bijhouden maar nu lijkt opruimen een elke dag terugkerend iets. Met een zoon van 5 die erg van verzamelen houdt en vervolgens mijn aanrecht en dressoir gebruikt om z’n verzameling uit te stallen ziet mijn aanrecht er zo uit: een bakje beukennootjes (dagenlang tijdens het buitenspelen op school druk mee geweest) takjes, vorige maand lagen er tien omhulsels van chocolade kikkers, enz. enz. Nu staat er een doosje op het dressoir (buiten de grijpgrage vingers van z’n zusje) en daar moeten de spulletjes in passen. Dat is het streven tenminste… En soms bepaal ik gewoon dat papieren restanten van traktaties niet, nee echt niet, weer uit de prullenbak mogen worden opgediept.
Haha, wat herkenbaar, al die collecties van ‘rommeltjes’. Soms ook maar even laten bestaan he, dan begrijpen ze vaak na een tijdje wel dat dat niet eindeloos zo door kan gaan.
Heerlijk herkenbaar! Wat een geploeter om het enigzins op orde te houden. Ben je beneden klaar en ga je boven aan de slag, kan je vervolgens beneden weer van voor af aan beginnen. Zucht… En idd, ben je trots op je werk van het uitmesten van een kast, is de rest van het werk blijven liggen en is het overal nog een grotere chaos dan anders. Toch probeer ik mij er bij neer te leggen. De tijd en energie ontbreekt me met een gezin. Het is schoon en er wordt geleefd. Prima zo!
Je moet jezelf wel bedenken dat alle spullen niet in één keer je huis zijn binnengekomen.
Je hoeft dan ook niet in één keer alles weg te doen.
Ik ben begonnen met algemene dingen zoals bloemvazen (eigenlijk pak ik altijd dezelfde vaas uit de kast…), bloempotten idem dito en dan al die glazen en bekers…. In feite gebruik je meestal dezelfde bekers en is de rest kastvulling. Met zulke eenvoudige dingen weg te doen, heb je al een leuk resultaat.
Schoonmaakmiddelen zijn ook zoiets: i.p.v. een uitpuilend aanrechtkastje met allerlei soorten schoonmaakmiddelen staan er nu alleen afwasmiddel, vloeibare groene zeep en een vloeibaar schuurmiddel. In de voorraadkast staat nog schoonmaakazijn en ammonia. Hiermee kom je echt een heel eind.
Ik heb de boodschappenvoorraad eerst bijna helemaal opgemaakt en daarna alleen datgene gekocht wat ik ook écht gebruik. Geen uitgebreide voorraden meer, maar aanvullen wat (bijna) op is.
Er circuleert op internet een site ‘Een kastje per dag’. Iedere dag een kast, lade of plank opruimen: niet teveel tegelijk, maar kijk eens na een maand…dan heb je heel wat opgeruimd. Niet te gestrest mee omgaan, maar steeds een stukje…dan komt het best goed.
En ach, met kleine kinderen heb je nu eenmaal meer rommel. Ik heb wel eens speelgoed gedoseerd: een aantal dingen opgeborgen en na een poosje omgewisseld. Dan werd er weer als nieuw mee gespeeld en in tussentijd was er ook minder rommel…
Succes, Elise!
Haha, zo heel erg herkenbaar! Toch heeft Gera met haar ‘op orde’ me wel geleerd kritischer te zijn. Heel veel prul-speelgoed waar niets mee gedaan wordt of alleen maar rondslingert en niet echt gebruikt wordt doe ik nu toch makkelijker weg. En inderdaad, zoals hierboven ook al is genoemd, ZONDER kinderen erbij. Soms vraag ik het ze wel. Wil je dit bewaren? Dan weten ze ook de vraag die er achteraan komt; Waar ga je dit dan laten? En dan blijkt dat ze er toch niet altijd zo heel veel waarde aan hechten. Want als ze zelf een plekje moeten bedenken is dat wat teveel moeite en mag het weg. Ook gratis prulletjes weiger ik als het even kan imiddels. Scheelt ook. Maar glad is het hier zeker niet. Ik herken je gevoel wat dat geeft als je ziet dat het bij een ander zo keurig is. Ik krijg dat ook niet voor elkaar. Nou ja, iedereen is anders denk ik nu maar. Wel fijn om te lezen dat dat bij anderen soms ook zo gaat. Bv zo’n tasje bij de deur :-). Ik heb dan wel een man die op een gegeven moment zegt: wat moet dat tasje hier de hele tijd??
Wat verschrikkelijk herkenbaar dit;-)
Ik heb ook van die buien zoals je beschrijft.
Daar gaat het denk ik mis. Dat minimaliseren moet denk ik geen bui zijn. Je zou het misschien best kunnen leren om altijd dit toe te passen, maar als ik eerlijk ben passen de spulletjes bij mij.
In onze gang staan ook kinderschoentjes, laarsjes, snowboats….en de postbode zegt zo vaak: wat schattig! Ja iedereen mag zien dat wij hier leven en de kids spelen. Wil niet zeggen dat het een zooitje moet worden. Dat probeer ik de kids te leren. Ze mogen spelen maar daarna ruimen we samen op. En is iets ove4bodig geworden dan spits ik mijn oren of kijk of ik er iemand uit de buurt of een stichting blij mee kan maken. En soms als ik zo’n bui heb om even iets flink onder handen te nemen geniet ik ervan, maar alles superstrak??? Dat gaat mij niet lukken…en dat vind ik niet erg (meer)..
Speelgoed opruimen doe ik ook zonder kinderen, dan kan gelijk die ene tekening weg waar ze toch nooit naar kijken, maar als ze hem zien niet weggegooid mag worden!
In elke ruimte een bak met ander speelgoed en af en toe wat speelgoed op zolder zetten. Om het later weer om te ruilen met een andere bak zodat ze beneden weer ‘nieuw’ speelgoed hebben.
Verder houd ik me de laatste tijd ook voor als ik denk: ‘wat een zooi allemaal!’ Dat ze over 15 jaar echt niet meer met de poppen en duplo en autootjes spelen. Het is maar een fase die in wezen zo voorbij is, dus laat ik er maar een ‘geniet-moment’ van maken.
Omruilen van speelgoed heb ik eerder een hele tijd gedaan, maar is de laatste tijd een beetje vergeten. Daar ga ik zeker weer mee beginnen, want dan is het weer ‘nieuw’. En het is waar: we kunnen nu maar beter van het speelgoed genieten voordat ze voornamelijk met een scherm voor hun neus zitten 😉
Speelgoed opruimen doe ik dus juist niet met kinderen. Wat niet weet, wat niet deert. Merendeel weten ze al niet meer dat ze het hebben dus weg. Verder een ‘bakken kast’ met playmobil, duplo, knutselspullen, lego en een hele grote mand met groter (niet passend in een bak) speelgoed.
Ha! Dank voor je reactie.
Als ik dingen wegdoe als de kinderen er niet bij zijn, kan ik erop rekenen dat ze er ‘s avonds naar vragen. En dan heb ik de poppen aan het dansen 😉