Ga naar de inhoud

Zakgeld, ja, nee & hoe?

zakgeld_pixabay-cedar-6850925

Zoonlief kwam met de vraag. Mam, krijg ik zakgeld? Die  en die (er volgde een paar namen) krijgen het ook.  ‘Lieve help’, dacht ik, ‘nog niet over nagedacht’. ‘Zal ik eens met papa over hebben’, was mijn reactie. De dagen en weken gingen voorbij. Er werd niet meer over gedacht, niet over gesproken ook. Maar de vraag kwam weer. ‘Mam….’

Geld. Een van de dingen die me niet zo interesseren, denk ik. Natuurlijk hebben we het nodig. Maar ik hoef geen bergen op mijn bankrekening. Als iemand wat nodig heeft deel ik graag uit als dat mogellijk is. Tegelijk vind ik financiële onzekerheid (met een gezin) best eng. Maar het is hier in huis dus een nieuw thema geworden. (Zak)geld.

Zakgeld

Als kind kreeg ik geen zakgeld. Ik miste het ook niet echt. Mijn ouders leefden zuinig. Maar we hadden nooit tekort, denk ik. Ik heb er nooit iets van gemerkt. Zakgeld kreeg ik niet. Maar als ik iets nodig had, kreeg ik het. Volgens mij heb ik het ook niet gemist. Ik wist niet beter. Dat anderen wel zakgeld kregen realiseerde ik me wel, maar ik had daar geen last van.  In tegenstelling tot vriendinnen betaalde ik mijn rijbewijs en zomerkampen zelf.  Wel schoot mijn vader de kosten van mijn auto voor en betaalde ik hem die later in stukjes terug. Sparen deed ik automatisch, want mijn moeder zei dat ik dat moest doen. En toen ik trouwde schrok ik toen ik ontdekte hoeveel geld alles kostte. Hoe snel je gespaarde geld zomaar verdwijnt. Mijn man daarentegen kreeg van jongs af aan zakgeld. En herinnert zich (met veel vreugde) de ritjes naar de supermarkt of ijsboer. Ook woonde hij al op zichzelf toen we trouwden. Daardoor had hij meer besef van financiën dan ik.

Mijn man vond het dan ook een prima idee, dat zakgeld. ‘Maar dan gaat hij ook klusjes doen’, was zijn reactie. Klusjes doen voor geld? dacht ik. Klusjes doe je toch gewoon om te helpen, omdat we allemaal iets doen? Maar niet om wat te verdienen. Toch? En zakgeld krijgen ze gewoon. Of…. Hoe zit dat eigenlijk?  ‘En’ zei ik, ‘dan moeten ze gelijk leren om te sparen en te delen. Dan doen we ietsje meer. Dan moet er van die anderhalve euro vijftig cent gespaard, vijftig cent naar een goed doel. De rest mogen ze dan zelf mee doen wat ze willen.’ Toen ik mijn man aankeek, zag ik het medelijden met onze zoon in zijn ogen.

Leren omgaan met geld

Het zakgeld vraagstuk vond ik niet zo eenvoudig. Wat wil ik onze zoon eigenlijk leren met het krijgen van zakgeld? Geef ik hem gewoon geld om iets mee te doen? Wil ik hem leren om te gaan met geld? Leren te sparen? Hem gevoel leren krijgen bij de waarde van geld? Dat hij voor zijn felbegeerde legotrein echt heel lang moet sparen, maar die rollen mentos zo gekocht zijn? Graag leer ik hem ook te delen. Hoe leer ik hem dat wij veel hebben en dat er mensen zijn die veel minder hebben dan wij?

Ik hoorde van een moeder dat hun kinderen als ze jarig zijn altijd een deel van het gekregen geld aan een goed doel moeten geven. Van een ander moeder hoorde ik dat de kinderen een deel van hun verjaardagsgeld gelijk op de spaarrekening zetten. Wat wil ik eigenlijk?

De Bijbel over geld

Graag wil ik mijn kinderen leren om op een Bijbelse manier met geld om te gaan. Maar hoe is dat? Ik ging op zoek. Sommige dingen lijken te groot, te hoog gegrepen. Daar begrijpen ze nog niets van. Maar de geest ervan wil ik ze wel graag al jong proberen mee te geven.  Een paar dingen:

Laat geld je leven niet beheersen. In Hebreeën 13:5 staat: Laat uw handelswijze zonder geldzucht zijn. Wees tevreden met wat u hebt(…) Geldzucht zie ik nog niet echt bij onze kinderen. Maar tevreden zijn met wat je hebt kan soms moeilijker zijn. Als andere wel érg mooi speelgoed hebben gekregen voor hun verjaardag bijvoorbeeld.

Delen is een opdracht. En maakt zelfs gelukkiger dan het krijgen. In Handelingen 20:35 lezen we dat de Heere Jezus heeft gezegd: Het is zaliger te geven dan te ontvangen. De schoenendoosactie vinden ze hier altijd leuk. Samen een lijstje maken, naar de winkel, schoenendoos versieren en vullen. En dan iets van jezelf erbij. Dat kán nog wel eens lastig zijn.

In de eerste christengemeenten had met alles gemeenschappelijk (Handelingen 4:32). Laatst hadden we een kruiwagen nodig voor een klusje in de tuin. Maar wij hebben die niet. Een paar huizen verderop woont iemand uit de gemeente. Samen met mijn dochter ging ik er heen om te vragen of ze een kruiwagen hadden en of ik die mocht lenen. Een grote glimlach kwam er op zijn gezicht ‘ja hoor, al het mijne is het jouwe, neem maar mee’. Mijn dochter had grote vraagtekens in haar ogen. Het gaf ons een mooi gesprekje.

Eer God met je rijkdom.

Spreuken 3:9 zegt Vereer de HEERE met je bezit, met de eerstelingen van heel je opbrengst. Hoe doe je dit concreet?

Wat ik onze kinderen vooral wil leren is dat rijkdom vergaat. Dat het hier beneden niet is. Dat geld niet gelukkig maakt. Dat waar je schat is, ook je hart zal zijn (Lukas 12:34). Die boodschap begrijpen kinderen al best jong.

Keuzes, keuzes

Het Nibud leert me dat kinderen van de leeftijd van onze zoon tussen de een en twee euro krijgen. Ook staat er een relaas over contant geld geven of overmaken op de website. Dit roep weer andere vragen op. Wat moet ik? €1,50 in zijn handen stoppen? Als hij moet leren omgaan met geld, moet hij dat dan met munten of met een pinpas? Geld in je handen is concreet. Maar het leven van alle dag is vooral de pinpas. Maar daar vind ik hem veel te jong voor.

Het vraagstuk zakgeld zette ik weer even in de kast. Ik weet het allemaal nog even net niet.

En ik ben benieuwd. Hoe doen jullie dit eigenlijk?

Adriana Uijl

Adriana Uijl (1985) woont samen met haar man en vier kinderen in Bodegraven. Naast vrouw en moeder zijn, is ze werkzaam in de thuiszorg. Lees verder

Reacties

10 gedachten over “Zakgeld, ja, nee & hoe?”

  1. Hier moeten ze van jongsafaan 50% van hun gekregen geld op hun spaarrekening zetten. De andere helft is vrij te besteden, wel in overleg. Vaak sparen ze een poos voor iets ‘groots’.

    Ze krijgen vanaf het voortgezet onderwijs €5 zakgeld.
    €2 op de spaarrekening, €2 op de lopende rekening en €1 ‘goededoelengeld’.
    Wij hebben er voor gekozen om het op een rekening te storten, zo kunnen wij beetje meekijken waar en wat ze pinnen en waar zonodig het gesprek met ze aangaan.

    Succes :-)!

  2. Wij vinden het belangrijk dat ze goed met geld om leren gaan. Ze krijgen vanaf hun zesde zakgeld. We beginnen met 50 cent. Elk jaar komt er 50 cent bij. Ze verdelen dit over een spaarpot en een portemonnee. Met de spaarpot moeten ze sparen voor grotere uitgaven en met de portemonnee mogen ze kleinere uitgaven doen. Wij laten ze vrij in waar ze het aan uitgeven. Als ze het ergens aan uit willen geven waar ze niet zo veel aan hebben, vragen we of ze het echt zeker weten, slapen ze er een nachtje over, maar ze leren het beste van een keer een minder slimme uitgave. Daarnaast gaat er maandelijks een bedrag op de spaarrekening voor elk kind. Dit is voor studie/rijbewijs.

  3. Een moeder van vijf kinderen

    Mooie blog!
    Inderdaad lastig wat je doen moet.
    Wij storten elke maand een bedrag op de rekening van de kinderen. Daar kunnen ze niet bij, weten ook niet wat er op staat! Hebben ze wel eens gevraagd hoor….
    Onze oudste zit in de tweede. Vanaf de eerste klas krijgt hij elke maandagochtend zakgeld. Eerste klas 2 euro, tweede klas 3 euro. Één euro moet hij daarvan sparen. De andere 2 euro is vrij te besteden. Soms koopt hij wat. Dat vertelt hij dan ook…een frikandelbroodje of laatst een zaklanp voor zijn vriend. Heel lief…! M’n dochter zit nu in de eerste maar heeft elke week haar twee euro in d’r spaarpot gestopt. Met bid en dankdag stoppen de kinderen die mee naar de kerk gaan altijd wat van hun eigen geld in de collecte zak. Dan vragen we wat ze erin willen stoppen. Oh…50 euro zei m’n zoontje van 9 pas. De waarde van geld mogen we ze echt helemaal leren….

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Verder lezen

Je gaat naar de webshop