
Komt allen tezamen,
Jubelend van vreugde,
Komt nu, o komt nu naar Bethlehem.
Zie nu de Vorst der eng’len hier geboren.
Komt, laten wij aanbidden
Komt laten wij aanbidden, die Koning
Gisterochtend liep ik door de stille gang op de basisschool van onze dochters, en hoorde zingen. Een juf zat op haar tafel, haar kinderen keken vol concentratie naar het digibord en aarzelend, maar steeds zekerder kwamen de woorden op de melodie. Ja, advent begint.
Natuurlijk spreekt het aan, een klein Kindje dat geboren wordt. Welk kind is daar niet van onder de indruk? De adventtijd heeft iets heel bijzonders. De warmte, de gezelligheid, het zingen, de chocola, de kaarsjes. December is een stuk gezelliger dan februari. Dat vinden onze kinderen ook. Maar is de decembermaand dan niets anders dan sfeer?
Komt allen tezamen,
komt verheugd van harte
Bethlehems stal in den geest bezocht
Ziet nu dat Kindje, ons tot heil geboren
Komt, laten wij aanbidden
Komt laten wij aanbidden, die Koning
Zie nu, dat Kind!
Even loop ik niet door de lange schoolgang, maar gaan mijn gedachten naar de kribbe. Ziet nu, dat Kindje! Dat Kind dat Koning zal zijn! Wat zie ik vaak naar andere dingen. Mijn ogen dwalen alle kanten op, weg van Hem. Er is zoveel afleiding, zoveel dat mijn gedachten bezig houdt. Maar zie nu dat Kind! Dat is Advent: verlangend uitzien.
Hoe brengen we zó’n adventstijd nu dicht bij onze kinderen? Wat kan ik eraan doen dat ze niet alleen onthouden hoe mooi het zingen was, hoe lekker de chocola, hoe gezellig de kaarsjes? Maar dat ze iets mogen onthouden van het uitzien, het verlangen naar het Kind? Het Kind dat Koning, Vredevorst is?
De hemelse eng’len
riepen eens de herders
weg van de kudde naar ‘t schamel dak.
Spoeden ook wij ons met eerbiedige schreden!
Komt, laten wij aanbidden
komt, laten wij aanbidden die Koning.
We worden geroepen om te gaan kijken
We moeten onze kinderen bij de hand nemen en gaan kijken. De herders aarzelden niet toen de engel tot hen gesproken had. Ze hoorden het majestueuze engelenkoor en wisten het: een nieuwe dag breekt aan. Vandaag gloort er grote vreugde.
Ik probeer het me voor te stellen, maar het lukt me niet. De Koning der Koningen en de Heere der Heeren, die daar in de kribbe ligt als een pasgeboren Kind. Hoe hebben de herders Hem gevonden? Hoe kunnen wij ons met eerbiedige schreden naar die kribbe spoeden? Hoe kunnen wij de komende weken dat Kind zien, en niet alles wat schittert om ons heen? Hoe kan ik mijn kinderen naar Hem leiden, die zelf zo vaak afdwaal, zo veel bezig ben met de dingen van de wereld, die niet naar Hem leiden?
Het eeuwige Godswoord
eeuwig Licht des Vader,
Zien wij gehuld in het mens’lijk vlees,
Goddelijk Kind, gewonden in de doeken,
Komt laten wij aanbidden,
Komt laten wij aanbidden die Koning.
Naar het Woord!
Het is een uitroep, een strijdkreet haast, die ik elke dag weer tegen mezelf moet spreken: naar het Woord! Het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond. In het Woord wil Hij Zich door genade laten vinden. En het Woord staat vól met Hem.
- Lees met je kinderen over de schepping en de zondeval, en de belofte die God doet in Genesis 3: 15;
- Lees met je kinderen over Abram en de belofte die hij van de Heere kreeg, dat hij een zoon zou krijgen.
- Lees met je kinderen over de opdracht die Abraham kreeg om zijn beloofde zoon te offeren en de belofte die God daarna deed: dat uit Abraham een Zoon geboren zou worden door Wie alle volken gezegend zouden worden.
- Lees met je kinderen over Ruth, die ondanks de verkeerde keuze die haar schoonouders maakten door weg te gaan uit Bethlehem toch door de Heere gebruikt werd, bij Israël werd ingelijfd en een moeder van de Heere Jezus werd.
- Lees met je kinderen over David, die de Heere diende maar ook in zonde viel, en tóch mocht zien dat zijn Zoon eens zou zitten op de glorietroon.
- Lees de profeten die profeteerden over de plaats waar de Heere Jezus geboren zou worden, de namen die Hij zou krijgen, Zijn eigenschappen en Zijn werk, al honderden jaren voor Hij geboren werd.
- En zie samen dan hoe de Heere dat alles wonderlijk gaat vervullen. Hoe hij door de levens van Zacharias en Elisabeth heen, door de levens van Jozef en Maria, door de levens van Simeon en Anna en zelfs door het leven van keizer Augustus, Zijn beloften gaat vervullen. God doet wat Hij belooft!
Onze kinderen hebben niet in de eerste plaats mijn wijze woorden nodig over advent, het uitzien naar de Vredevorst, maar het Woord. Omdat het Woord is vlees geworden.
Wat is het goed om 25 dagen de tijd te hebben om dat Woord te lezen en te ontdekken dat het wáár is: God doet wat Hij belooft. De Messias ís gekomen. Er is een Verlosser!
Hij komt, Hij komt!
Het stond op een wapperende vlag waar ik onderdoor liep in de binnenstad van Utrecht. Aan de afbeelding te zien ging het over Sinterklaas. Bij mij riep het een andere associatie op, en zacht neuriënd liepen we verder:
Hij komt, Hij komt om de aarde te richten,
de wereld in gerechtigheid.
Al ‘t volk daar ‘t wreed geweld moet zwichten
wordt in rechtmatigheid geleid.
De Messias is gekomen en Hij zal eenmaal nóg eens komen. Ook daar zien we naar uit tijdens de adventtijd. Hij zal dan niet komen als een kwetsbaar Kind in een kribbe, maar als Rechter op de wolken van de hemel. Niet alleen de herders zullen Hem zien, maar alle oog zal Hem zien. Hij zal recht en gerechtigheid brengen op de aarde. Daarom is advent niet zoet en gezellig, maar wel wonderlijk en heerlijk en ernstig.
Daarom mogen we het elkaar toeroepen: ‘Komt, laten wij aanbidden! Komt laten wij aanbidden, die Koning!’
Want een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven, en de heerschappij is op Zijn schouder; en men noemt Zijn naam Wonderlijk, Raad, Sterke God, Vader der eeuwigheid, Vredevorst (Jesaja 9:5)
–
Alle bovengenoemde Bijbelgedeelten komen ook voor in de adventkalender ‘Layla’s geheim’. Samen met je kinderen leef je niet alleen toe naar het kerstfeest door dagelijks te leven hoe het Woord over Hem spreekt, maar leer je je kinderen ook bewogenheid met mensen in nood. De opbrengst is 100% voor hulpverlening aan vluchtelingen op Lesbos.
Dit artikel werd geschreven door Elise.

Wat mooi dat je erop wijst dat het niet onze wijze woorden hoeven te zijn, maar dat we de boodschap van advent vooral door mogen geven door vooral uit de Bijbel te lezen. Dat geeft weer wat moed..
Goede aansporing dit artikel.
Fijn je openhartig schrijven over het afdwalen naar sfeer, drukte van het leven! Zo herkenbaar!
De adventskaarsen vanochtend klaar gezet, uitzien naar Zijn komst!