Ga naar de inhoud

De dood hoort (niet) bij het leven

stilte_pixabay_cross-3983483

De oudste was een kleuter, onze tweede dochter nog maar een peuter. Het was rond Pasen en ik maakte met hen een eenvoudig knutselwerkje, waarop drie kruisen te zien waren en op de voorgrond een open graf. En opeens bedacht ik me op dat moment hoe bijzonder het eigenlijk is dat wij onze hele jonge kinderen al confronteren met zaken als dood en leven, een graf en een martelwerktuig. Toen we vorig jaar de museumjaarkaart voor ons gezin aanschaften, maakten we een selectie van musea die wilden bezoeken. De oorlogsmuseums hebben we allemaal overgeslagen. Te heftig, te confronterend. En toen we een aantal kastelen bezochten, lieten we de martelkamers links liggen. Maar wanneer we de kinderbijbel openslaan, ontkomen we er niet aan. Afbeeldingen van een graf. Van het kruis. Van een geseling. Verhalen over de dood. En al is het in kinderlijke taal geschreven, toch denk ik dat we hierin een uitzondering zijn op de meeste ouders in Nederland. 

Spreken over de dood

Als ik online wat rondstruin op zoek naar opvoedtips rond dit onderwerp, dan valt me op dat het spreken over de dood wel aangemoedigd wordt. Zeker wanneer een dierbare is ontvallen, is het het goed om hierover, passend bij de leeftijd, met kinderen te praten. Openheid en eerlijkheid wordt gestimuleerd. En ik denk zeker dat dit heel goed is. Ik herinner me de dagen rond de begrafenis van de opa van mijn man, een aantal jaren geleden. Juist de kleine kinderen werden er helemaal bij betrokken. Ze mochten in de kist kijken. Er werd over opa gesproken. Familie kon de rouwkamer in en uit lopen. En dat vond ik mooi. Het werd daardoor ook voor kinderen een bewust moment van afscheid en rouw. Er mocht over gepraat worden en vragen werden gesteld. Maar daarnaast was er ook de eerbied en de stilte tijdens het lopen naar het graf. Het letterlijk stilstaan bij de dood. 

Doodgewoon

Tegelijk is ook rondom sterven en begraven veel veranderd in de laatste jaren. Een tijdje geleden stond er een artikel over in de krant. Een begrafenis is steeds meer een familiebijeenkomst en heeft soms zelfs iets weg van een ´feestje´. Ingewikkeld wordt het wanneer kinderen of andere naaste familieleden, die er een hele andere levensstijl op nahouden, invloed willen uitoefenen op de manier waarop er invulling wordt gegeven aan de plechtigheid, wat niet strookt met de wijze waarop de overledene in het leven stond. De dood moet als het ware steeds meer ´doodgewoon´ worden. En stilte wordt opgevuld met muziek, speeches en fotopresentaties. 

De dood hoort bij het leven?

Voor elke ouder of leerkracht is er voldoende informatie voorhanden om het onderwerp bespreekbaar te maken. Ik stuit op een lespakket voor de basisschool. De boodschap van het pakket: De dood hoort bij het leven. Ieder beleeft het overlijden van een dierbare op de eigen manier en kan er zelf een betekenis aan geven. Kleine Hein (skeletje gekleed in zwarte mantel met grote kap, zeis in de hand) loodst de kinderen en de leerkracht door allerlei informatie heen over begraven, cremeren en rituelen rondom de dood. Je kunt met het beantwoorden van quizvragen nagaan hoeveel kennis jij en je leerlingen hebben over dit ´doodgewone´ onderwerp. De makers willen ´op een luchtige manier en met veel interactieve werkvormen´ antwoorden geven op vragen die bij kinderen leven over dit onderwerp. 

Ergens begrijp ik de gedachte ´de dood hoort bij het leven´ wel. Tenminste, als je het op die manier invult. De dood, als een natuurlijk proces dat hoort bij het einde van het leven. Planten gaan dood, dieren gaan dood en mensen dus ook. Dan is dat het einde van het verhaal, het einde van het leven. 

Maar wat ben ik blij dat we onze kinderen iets anders mogen voorhouden.

Ernst

Enerzijds houden we hen de ernst voor. De dood is niet zomaar iets. Het is de straf op de zonde, die wij allemaal verdiend hebben. En hoe confronterend dat ook is, we hebben onze kinderen voor te houden dat ieder mens eenmaal moet sterven en dat daarna er slechts twee eindbestemmingen zijn. En wat kun je als moeder daarmee worstelen. Als je kinderen ouder worden en vragen gaan stellen. Onze jongste is nu in een fase waarin ze zich steeds afvraagt bij iemand die overleden is, of die persoon wel ´in de Heere geloofde´. En wat kunnen we dan zomaar geneigd zijn om de vraag te ontwijken. Om het oordeel te verzachten. Natuurlijk is het oordeel niet aan ons en kunnen we ook nooit iets over een overledene zeggen. Maar eerlijk zijn kan zomaar heel ingewikkeld lijken. 

Tenzij….. we het hele verhaal vertellen. 

Anderzijds

Want er is ook die andere kant. Ja, we houden onze kinderen voor hoe de Heere Jezus geleden heeft. We vertellen hen over Gethsemane, over de beker van toorn. We vertellen over de geselslagen, de veroordeling, het spotten en de diepe Godverlatenheid. En we vertellen het met schroom; want wie zijn wij om woorden te geven aan het diepste lijden dat er ooit op deze aarde is gekend? En toch doen we het. We vertellen over de kruisiging, de duisternis, de discipelen die wegrenden, de vrouwen die bleven staan. Over het bloed en het water dat uit Zijn zij kwam. Hoe Zijn lichaam van het kruis gehaald werd en hoe het gelegd werd in een graf. 

Maar waarom? Omdat er meer is! Omdat we terwijl we de tekeningen bekijken van de donkere hof van Getsemane, we heel in de verte de ochtend zien gloren. Omdat het verhaal hier niet eindigt! Omdat het graf al klaarstond, om opengebroken te worden. Omdat de Heere Jezus alles volbracht heeft, het graf heiligde en al voorzegd had dat Hij zou opstaan uit de dood. Omdat op Goede Vrijdag Pasen gloort! Daarom vertellen we het onze peuters en kleuters en oudere kinderen. Hij is niet in het graf gebleven. De dood heeft niet het laatste woord! Het is niet iets wat bij het leven hoort. De dood is de laatste vijand. Maar deze is al wel verslagen en overwonnen door de Heere Jezus Christus. Hij stond als eerste op uit de dood. En daarom is Zijn opstanding ´een zeker pand onzer zalige opstanding´ (HC vr.45) 

Daarom mogen we na het ´‘t Is middernacht en in den hof, buigt, tot de dood bedroefd, in ‘t stof’ de lofzang aanheffen en het van harte zingen: ´ U zij de glorie, opgestane Heer´. U zij de victorie, nu en immermeer!´

Twee woorden

En daarom mogen we het niet verzwijgen. Hoe zwaar het lijden was. Wat onze zonden teweegbrengen. Wat het Hem gekost heeft. Maar ook wat Hij verdiend heeft. Vrijspraak en de hoop en verwachting op een toekomst die zoveel verder reikt dan dit korte aardse leven. Het kruis spreekt met twee woorden. Rechtvaardigheid en barmhartigheid. Vloek en zegen. Toorn en genade. Gebondenheid en vrijheid. Ter dood veroordeling en vrijspraak. Allerdiepste verlatenheid tegenover eeuwigdurende nabijheid.

Aan tafel ging het laatst over Judas. En het verschil tussen hem en Petrus. Beiden kwamen tot inkeer na hun verloochening. Maar wat een levensgroot verschil. ´Mam, had Judas nog in de hemel kunnen komen?´ De vraag werd zondag beantwoord. ´Ook voor Judas was er genade geweest als hij zich tot Jezus gewend had’, zei de dominee. Genade voor de grootste zondaar. Voor moeders die zo falen in het opvoeden van de kinderen. In het spreken over deze, zo ontzettend belangrijke zaken. De kern van het Evangelie. Voor kinderen die ook deze genade zo hard nodig hebben. 

Er is genade. Want Jezus bleef niet in het graf. De dood had en heeft niet het laatste woord. Nog steeds niet. Ik geloof in de wederopstanding der doden en een eeuwig leven. 

Omdat Hij leeft….
ben ik niet bang voor morgen
omdat Hij leeft,
mijn angst is weg.
Omdat ik weet:
Hij heeft de toekomst
en het leven is
het leven waard
omdat Hij leeft! 

Corma van Setten

Corma van Setten is getrouwd met Jeroen en moeder van drie meisjes (2015, 2017, 2018). Ze woont in ’s Gravenpolder en werkt als leerkracht op de basisschool. Lees verder

Reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Verder lezen

Je gaat naar de webshop